De Federatie Particulier Grondbezit (FPG) kant zich in een brief aan de Tweede Kamer fel tegen afschaffing van de fiscale aftrekregeling voor uitgaven aan rijksmonumenten. Het kabinetsvoorstel zet de inspanningen van particulieren om beeldbepalende monumenten in het buitengebied duurzaam in stand te houden volgens de federatie zwaar onder druk.
De FPG trekt in haar verzet eendrachtig samen op met de VPHB (Vereniging Particuliere Historische Buitenplaatsen) en andere betrokkenen.
Overgangsregeling
Op het ogenblik kunnen particuliere eigenaren van rijksmonumenten nog 80 procent van de onderhoudskosten fiscaal verrekenen. Als het aan verantwoordelijk minister Jet Bussemaker (OCW) en staatssecretaris Eric Wiebes (Financiën) ligt gaat die regeling per 1 januari over in een overgangsregeling, om uiteindelijk te worden afgeschaft.
Honderden historische buitenplaatsen en kastelen in particulier eigendom, vaak onderdeel van landgoederen, zouden volgens de federatie door de maatregel getroffen worden. Datzelfde geldt voor oude boerderijen en landhuizen die zijn aangemerkt als rijksmonument. “Waardevol cultureel erfgoed dus, dat niet alleen bijdraagt aan een aantrekkelijk platteland en het toerisme, maar ook de identiteit en historie van de regio bepaalt”, aldus de federatie in een persbericht.
Evaluatie 2018
Om haar zorgen onder de aandacht te brengen verstuurde de FPG een brief aan de woordvoerders financiën van alle Tweede Kamerfracties. Zij voeren op 4 en 5 oktober het woord tijdens de Algemene Financiële Beschouwingen, de eerste mogelijkheid voor de Tweede Kamer om aan te dringen op het terugtrekken van het voorstel door het kabinet.
Minister Bussemaker heeft aangekondigd dat in 2018 het financiële stelsel voor de monumentenzorg wordt herijkt. De federatie vindt het redelijk daar niet op vooruit te lopen.
De FPG zet verder in op een stevige discussie bij het begrotingsdebat Cultuur van 21 november. Zij roept haar leden op in de aanloop naar dat debat een actieve bijdrage te leveren aan de discussie in politiek en media.
Bezuiniging twijfelachtig
De rijksoverheid hoopt met de maatregel per saldo 25 miljoen euro te bezuinigen, maar de Federatie Particulier Grondbezit zet vraagtekens bij dat bedrag. Dit omdat uit onderzoek van het Centraal Plan Bureau (CPB) zou blijken dat met elke euro die de rijksoverheid in monumenten investeert, anderhalve euro terugvloeit in de rijkskas. Achterstallig onderhoud leidt volgens de FPG bovendien tot hogere restauratiekosten en daarmee tot hogere subsidie-uitgaven op termijn. De maatregel zou ten slotte kunnen leiden tot een dure deprivatisering. Particuliere eigenaren nemen in de regel meer dan 50 procent van de onderhouds- en restauratiekosten voor hun rekening.
Fiscaal zwaar weer
De FPG geeft ook andere aandachtspunten mee aan de financiële woordvoerders, zoals de in haar ogen problematische gevolgen van de op fictief rendement gebaseerde vermogensbelasting.
“Voor landgoed- en monumenteneigenaren zijn de gebouwen belast voor een onrealistisch hoog fictief rendement van 4 procent en straks zelfs meer, terwijl het werkelijke rendement aanmerkelijk lager ligt. Verpachters hebben te maken met een door de overheid gemaximeerde reguliere pacht”, aldus de federatie.
Als het aan de FPG ligt, komt de regering nog in het huidige parlementaire jaar met een voorstel de vermogensrendementsheffing te baseren op het werkelijke rendement. Tenslotte verlangt zij extra ruimte voor de fiscale aftrek van duurzame investeringen in de land- en bosbouwsector, om te voorkomen dat het platteland het kind van de rekening wordt.