Ga naar de inhoud

IJsselkogge Kampen wordt geconserveerd

Het koggeschip, dat op 10 februari 2016 onder grote publieke belangstelling van de bodem van de IJssel vlak voor de oude haven van Kampen is gelicht, wordt geconserveerd. De daartoe strekkende overeenkomst is vandaag (dinsdag 17 oktober) door betrokken partijen getekend.

Het koggeschip werd in 2012 ontdekt bij werkzaamheden aan de IJssel in het kader van het programma Ruimte voor de Rivier. Zou het schip in de IJssel blijven liggen, dan zou dat de doorstroming te veel beperken en de scheepvaartveiligheid negatief kunnen beïnvloeden.

De Kogge is vorig jaar vanuit Kampen overgebracht naar het conserveringsstation van de Stichting Batavialand in Lelystad. Onderzoek door medewerkers van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) aldaar leerde dat het schip geconserveerd kan worden door middel van een combinatie van geconditioneerd drogen en het besproeien met een soort hars, PEG. Het proces – kosten circa 1,5 miljoen euro – neemt naar verwachting vijf tot zes jaar in beslag.

Programmadirecteur Ruimte voor de Rivier van Rijkswaterstaat Martin Hoenderkamp en RCE-directeur Susan Lammers zetten in Batavialand hun handtekening onder het document dat er voor zorgt dat met de conservering daadwerkelijk een begin wordt gemaakt. De ondertekening vond plaats tijdens een werkbezoek van demissionair minister Jet Busseaker van Cultuur.

Hanze en handel

Koggeschepen waren belangrijk in de bloei van het Hanzenetwerk. Van de 13e tot de 15e eeuw dreven Hanzesteden veel handel met gebieden in de Noord- en Oostzee.

Door het ontstaan van grotere steden in de Middeleeuwen was er allengs meer behoefte aan allerlei handelswaar, vooral graan. Die bulkgoederen werden over water vervoerd. Door de groeiende markt maakten handelaren daarom gebruik van een groot schip dat goedkoop en vlot te bouwen was: de kogge.

Hoge waterstanden

De IJsselkogge is aangetroffen vlak voor de oude haven van Kampen tijdens werkzaamheden in het kader van het project Ruimte voor de Rivier.

 Nederlandse rivieren hebben steeds vaker te maken met hoge waterstanden. Ze krijgen meer regen- en smeltwater te verwerken, terwijl ze tussen de dijken slechts weinig ruimte hebben. Hierdoor neemt de kans op overstromingen toe.

Dijkverhoging alleen is onvoldoende om het toenemende overstromingsgevaar te keren. De waterstand in de rivieren moet omlaag. Daarom geven Rijkswaterstaat, waterschappen, gemeentes en provincies de rivieren op ruim dertig plaatsen meer ruimte. Bijvoorbeeld door het verleggen van dijken, het graven van nevengeulen en het verdiepen van uiterwaarden. Op die manier wordt gewerkt aan de veiligheid van vier miljoen inwoners in het rivierengebied én aan een aantrekkelijke leefomgeving.

Blij

Programmadirecteur Hoenderkamp van Rijkswaterstaat: “Ik ben blij dat we het conserveringsbesluit hebben getekend. Deze operatie had veel om het lijf en is bijna net zo indrukwekkend als het koggeschip zelf. Wij hebben bij een aantal Ruimte voor de Rivierprojecten bijzondere vondsten gedaan, maar dit is er een van wereldklasse”.

RCE-directeur Lammers vindt de IJsselkogge belangrijk Nederlands erfgoed. “Wij voelen ons allen verbonden met onze maritieme geschiedenis. De kogge is daar een aansprekend voorbeeld van. Door het besluit het schip te conserveren, zorgen we ervoor dat het eeuwigheidswaarde krijgt”.

De Stichting Batavialand is op 1 juli 2017 ontstaan uit een samenwerking van de Bataviawerf, Nieuw Land Erfgoedcentrum en het Maritiem Depot van de RCE. Batavialand vertelt het Nederlandse verhaal over het leven op de grens van land en water.

Foto: Vlnr Martin Hoenderkamp, Susan Lammers en Hans Maris, directeur Batavialand. Op de achtergrond o.a. minister Jet Bussemaker (Cultuur) en Cees van ’t Veen, scheidend algemeen directeur RCE.