Herbestemmingsspecialist BOEi neemt het Caltex-tankstation in het Limburgse gehucht Withuis over van de eigenaren Guido en Paul van der Cruijs. Het bouwwerkje met zijn kenmerkende overhangende luifel pronkt aan de voormalige rijksweg tussen Maastricht en het Belgische Visé. BOEi wil het station, dat in 1983 buiten gebruik werd gesteld, restaureren en klaarmaken voor een passende toekomst.
Het Caltex-tankstation in de gemeente Eijsden-Margraten werd in 1953 neergezet in opdracht van de opa van de gebroeders Van der Cruijs. Architect Ben Schinkel tekende voor het ontwerp.
Het complex bestaat uit een tankplaats, een kantoortje en twee garages met smeerkuilen. Jarenlang lag het langs de belangrijkste route richting België en behoorde het tot de best lopende tankstations van Nederland. Na buitengebruikstelling was het opslagplaats; sindsdien staat het pand leeg.
Ruwe diamant
Volgens BOEI-directeur Arno Boon is bij het Caltex-gebouwtje aan de Belgische grens met recht sprake van een ruwe diamant. ”Er is werk aan de winkel maar oude foto’s laten zien hoe prachtig het geheel weer kan worden. Wij beginnen met het wind- en waterdicht maken van het pand, waarvoor een subsidieaanvraag is ingediend. Ondertussen gaan we fondsen werven om ook de restauratie te kunnen doen. De uiteindelijke herbestemming zou kunnen liggen in het fietstoerisme, dat in de regio het autotoerisme langzaam maar z0000eker verdrongen heeft”.
Beeldbepalend
De voormalige eigenaren Van der Cruijs kregen het bijzondere pand enkele jaren geleden via erfopvolging in handen. Al snel waren de broers van mening dat ze er ‘iets’ mee moesten.
“De gemeente Eijsden-Margraten had het tankstation gekenschetst als ‘beeldbepalend’. Binnen de kaders die dat met zich mee bracht, hebben we samen met diverse instanties jarenlang onderzoek gedaan naar mogelijke nieuwe bestemmingen. Maar zo’n traject onderschat je al snel: zaken die makkelijk leken, bleken dat in de uitwerking niet. We zijn blij dat BOEi de restauratie onder haar hoede neemt. Over enige tijd komt dit gebouw weer écht tot zijn recht”.