Ga naar de inhoud

Glans voor Groningen

Twee musea in Groningen hebben recentelijk een uitzonderlijke kans gegrepen: het Groninger Museum kon de oudst bekende zilveren beker uit de provincie aankopen, terwijl Museum Stad Appingedam een trekpot van het zeldzame ‘Damster’ zilver in het vizier kreeg.

Met steun van de Vereniging Rembrandt slaagden beide musea erin de felbegeerde stukken te verwerven. De vereniging werd daartoe mede in staat gesteld door een Fonds op Naam dat sinds zijn oprichting twee jaar geleden in een enorme behoefte voorziet.

Uitzonderlijke ouderdom

De zilveren beker (circa 1560-70) van het Groninger Museum behoort tot de weinige nog bekende zilveren bekers uit die periode. Het 16e-eeuwse gebruikszilver dat bewaard is gebleven, kan zelden in verband worden gebracht met de oorspronkelijke eigenaren.

Dankzij een inscriptie lijdt het echter geen enkele twijfel dat de aangekochte beker toebehoorde aan Duiert Alersema en Jonc[frouw] Abel sijn huesfrow. De beker is vermoedelijk voor hun huwelijk gemaakt.

De familie Allersma is de enige adellijke familie uit Groningen van wie zilver van deze ouderdom bekend is. Dat ook hun huis – de middeleeuwse Allersmaborg in Ezinge – nog steeds bestaat, geeft de aanwinst extra glans.

Verdwenen rijkdom

De grote en gevarieerde zilvercollectie van het Groninger Museum laat zien dat de zilversmeden in de provincie eeuwenlang op hoog niveau hebben geproduceerd.

Dat de 16e eeuw tot voor kort nauwelijks vertegenwoordigd was in die verzameling, heeft onder andere te maken met de Tachtigjarige Oorlog. Door het strijdgewoel werd de rijkdom van de toenmalige Groningse elite vrijwel compleet uitgewist. Dankzij de nieuwe aanwinst kan het museum zijn bezoekers voortaan een glimp tonen van die ‘verloren’ 16e-eeuwse rijkdom.

Damster zilver

Ook in Appingedam werkten eeuwenlang begaafde zilversmeden. Dit ‘Damster’ zilver is zeldzaam omdat de productieschaal relatief klein was.

Toen de fraaie trekpot, gemaakt door zilversmid Gerrit Hoving, werd aangeboden bij een veilinghuis in Hilversum, twijfelde Museum Stad Appingedam geen moment. Directeur Cynthia Heinen: “Het was voor mij de eerste keer dat ik een aanvraag indiende bij de Vereniging Rembrandt. Dat er zo actief werd meegedacht en dat de betrokkenheid zo groot was, vond ik hartverwarmend”.

Theecultuur

In de 18e eeuw was thee voorbehouden aan de elite. Uit voornoemde trekpot schonk men sterke thee in een kopje, waarna kokend water uit een bouilloire werd toegevoegd.

Vanaf de 18e eeuw raakten in Europa zogenoemde theekoepels in zwang, gebouwtjes in de tuin van een voornaam huis, waarin de eigenaren in alle rust van hun thee konden genieten. Ook Museum Stad Appingedam, gevestigd in een 19e-eeuwse patriciërswoning, heeft zo’n theekoepel in de tuin.

In de collectie illustreert de aanwinst daarom naast de belangrijke stedelijke zilverproductie, de theecultuur van de ‘Damster’ elite in de 18e en 19e eeuw.

Groninger Fonds

Voor beide aankopen bood de Vereniging Rembrandt steun via haar Groninger Fonds. Dit Fonds op Naam, in 2018 opgericht door een stichting, heeft als doel de collecties van de stad Groningen en Ommeland te versterken.

Kunstaanvragen zijn door de oprichting van het fonds gedelegeerd aan de Vereniging Rembrandt om zo gebruik te maken van de expertise van de vereniging. Het fonds is inmiddels acht keer ingezet: zes keer voor een aankoop, één keer voor een restauratie en eveneens één keer voor een onderzoek.

Vanaf de oprichting is besloten het fonds open te stellen voor schenkingen van derden, om hiermee de Groningse kunstcollecties een (nog) grotere impuls te geven. Zo sloot dit jaar een Grootmeester zich aan.

Ook geïnteresseerd in het oprichten van een Rembrandtfonds op Naam vanuit een stichting of als particulier om zo op concrete wijze bij te dragen aan de Collectie Nederland? Klik hier voor meer informatie.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.