Ga naar de inhoud

Keltische muntschatten geven uniek beeld Caesars volkerenmoord in Zuidoost-Nederland

Op de dag dat Caesar door een groep rebellerende Romeinse senatoren werd vermoord (44 v.Chr.) hebben archeologen van de Vrije Universiteit Amsterdam en de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) vandaag (vrijdag 15 maart) in het Limburgs Museum te Venlo twee onlangs opgegraven historische muntschatten gepresenteerd.

Daarmee kan nu voor het eerst goed worden onderbouwd dat Caesars eigen beschrijvingen van het door hem toegepaste massageweld in de Limburgse Maasstreek, vrij letterlijk mogen worden genomen. De unieke schatten zijn door mensen van plaatselijke stammen, de Eburonen, begraven in de jaren 50 v.Chr. met de bedoeling ze weer op te graven als ze de aanvallen van de Romeinen zouden overleven.

Hobby-archeologen ontdekten de vondsten op twee verschillende locaties in de gemeente Sittard-Geleen en meldden ze aan professionele archeologen. Die organiseerden vervolgens eind 2018 een opgraving onder leiding van VU-archeoloog Nico Roymans en hoofd archeologie RCE Jos Bazelmans.

Regenboogschotels

Concreet gaat het bij de nieuwe vondsten om twee kleine muntschatten van zilveren ‘regenboogschotels’, een munttype dat in de Maasstreek circuleerde in het midden van de 1e eeuw v.Chr.

Keltische muntschatten zijn in de regio niet uniek. Het wetenschappelijke belang van de nieuwe vondsten is dat zij aantonen dat in deze periode sprake is van een duidelijk hoogtepunt in de begraving van schatten. De piek kan op overtuigende wijze in de jaren 50 v.Chr. worden geplaatst. Daarmee is een verband zeer aannemelijk met Caesars genocide van de stam van de Eburonen. In zijn De Bello Gallico beschrijft de Romeinse generaal uitvoerig hoe hij in 53 en opnieuw in 51 v.Chr. met zijn legioenen het gebied van de Eburonen plunderde en platbrandde met als doel de stam te vernietigen.

Dramatische fase

De goud- en zilverschatten uit die periode, en ook de meer dan 130 vindplaatsen van los aangetroffen goudstukken uit dezelfde regio, zijn de stille getuigen van deze dramatische fase uit de vroegste geschiedenis van Zuid-Nederland.

We mogen hier denken aan in de grond verborgen rijkdom, bedoeld om later weer opgegraven te worden, maar dat werd verhinderd doordat grote delen van de bevolking slachtoffer werden van de Romeinse wraakcampagnes.

Foto: Gouden munt van de stam der Treveri met de legende POTTINA, afkomstig uit de goudschat van Amby en geslagen in de jaren 50 v.Chr. (foto gemeente Maastricht).