De schoorsteen van de melkfabriek in Venray wordt onder handen genomen. Behalve een monumentale functie dient het gebouw, neergezet in 1904 en sinds 2011 gemeentelijk monument, straks ook een cultureel en maatschappelijk doel voor de lokale gemeenschap. De provincie Limburg en de gemeente Venray dragen bij aan de restauratie van de fabriek.
Bouwkundige staat
Het eigendom van de monumentale melkfabriek is ondergebracht in de Stichting Industrieel Erfgoed Melkfabriek Venray. De fabriek staat symbool voor de economische ontwikkeling in Noord Limburg; de fusie van plaatselijke coöperaties maakte de bouw van een moderne melkfabriek mogelijk.
De fabriek bestaat uit een betonnen skelet en een stoommachine. Zij gaven het complex met bijbehorende schoorsteen het uiterlijk zoals dat vandaag de dag nog steeds te aanschouwen is. De schoorsteen is vanuit de wijde omtrek te zien. Het bouwwerk is vervaardigd uit conische bakstenen uit Venlo.
Van de vele duizenden gemetselde schoorstenen in de regio is alleen deze nog over. Bij de voorgenomen opknapbeurt wordt de originele kop toegevoegd. Uitstel van de renovatie kan tot onherstelbare schade leiden. De restauratie gaat in totaal ruim 100.000 euro kosten en duurt naar verwachting ongeveer een half jaar. De provincie Limburg draagt een derde van het bedrag bij uit de Subsidieregeling restauratie en stimulering herbestemming Monumenten 2013-2014.
Duurzame herbestemming
De melkfabriek in Venray heeft al jaren een duurzame herbestemming. Op het ogenblik zijn in het gemeentelijk monument een dierenartsenpraktijk en een gereedschap slijperij gehuisvest. Een ander deel van het pand wordt herontwikkeld door een particuliere belegger.
Gedeputeerde Ger Koopmans (cultuur) ziet in de komende restauratie maatschappelijke meerwaarde: “Iedereen in de regio kent de markante schoorsteen. De opknapbeurt maakt het monument aantrekkelijker als bedrijfsverzamelgebouw. Daarnaast is de restauratie het resultaat van actief burgerschap, want eigenaar van de fabriek is een stichting waarvan de participanten zelf een financiële bijdrage hebben geleverd aan de restauratie.”
Onderdeel van de toekomstige exploitatie van het gebouw zijn lezingen en rondleidingen.